top of page

Henri de Toulouse-Lautrec

Henri Marie Raymond graaf de Toulouse-Lautrec-Monfa (Albi, 24 november 1864 - kasteel Malromé (Gironde), 9 september 1901) was een Fransekunstschilder, graficus en lithograaf. Er bestaat weinig twijfel over dat Toulouse-Lautrec leed aan pyknodysostose, een kwaal die dwerggroei tot gevolg heeft en in twintig procent van de gevallen door incest of inteelt veroorzaakt wordt. Hij was een typisch voorbeeld van deze ziekte: kleiner dan anderhalve meter met een normaal volgroeide romp en hoofd, maar met te korte armen en benen, brede neusvleugels, een ingevallen kin, felrode en getuite lippen en een veel te grote tong, waardoor de persoon onophoudelijk lispelt en kwijlt. Bijziendheid had tot gevolg dat Toulouse-Lautrec een pince-nez moest dragen. Het feit dat ter hoogte van het voorhoofd de fontanel niet helemaal dichtgegroeid was, noodzaakte hem ertoe in alle omstandigheden, binnen en buiten, goed of slecht weer, een hoed te dragen. Moulin rouge - La Goulue door Toulouse-Lautrec, 1891

Hij kreeg zo'n hekel aan lopen, dat hij het liefst in een koets reed. Zijn waarnemingsvermogen groeide uit tot een journalistieke scherpte, die uitmondde in zijn uitdrukkingskracht. Niettegenstaande zijn broos beendergestel waren zijn geesteskracht, zijn intellect en zijn energie uitzonderlijk, evenals zijn schilder- en tekenbegaafdheid.

Photolautrec.jpg

Volgens de kunstenaar Paul Signac ging Vincent van Gogh in Parijs aan het eind van de dag altijd naar het café. Daar ‘volgden de absinten en cognacs elkaar in hoog tempo op’. Van Gogh zei later zelf dat hij tegen de tijd dat hij naar Arles vertrok ‘bijna een alcoholist’ was. Henri de Toulouse-Lautrec portretteerde zijn vriend dus niet voor niets met een glas absint voor zich op tafel.

Toulouse-Lautrec had de tien jaar oudere Van Gogh leren kennen in het atelier van Fernand Cormon, waar ze allebei studeerden. Waarschijnlijk hebben ze een poosje intensief samengewerkt, want de stijl en techniek van

hun schilderijen uit die tijd lijken erg op elkaar.

Begin 1890 nam hij het op voor zijn vriend op de tentoonstelling van ‘Les Vingts’ in Brussel. Van Gogh had zes schilderijen ingestuurd, die tijdens de opening grote opschudding veroorzaakten. Toulouse-Lautrec was zo kwaad over negatieve uitspraken over Van Goghs werk, dat hij zelfs bijna in gevecht raakte met een andere kunstenaar. Toen Van Gogh een paar maanden later van Saint-Rémy via Parijs naar Auvers-sur-Oise reisde, hebben ze elkaar mogelijk nog een keer gezien. Verder is over hun vriendschap niet veel bekend.

bottom of page